Na het uitstappen van de paarden ga je op aangeven van lesgever naast elkaar op de middellijn staan.
• Blijf stappen tijdens het uitstap-moment (dus niet gewoon stilstaan) zodat de spieren van de paarden niet verzuren.
• Hou voldoende afstand met andere paarden, ook bij het afwenden op de middellijn.
Vervolgens stap je links van je paard af.
• Doe de 2 voeten eerst uit de stijgbeugels alvorens je rechterbeen over het paard te zwaaien.
• Je paard niet loslaten bij het afstappen.
• Stijgbeugels omhoog trekken.
• Singel een gaatje losser maken.
• Hebben de paarden eten in hun stal, doe dan neus- en keelriem al los in de piste. Vraag je lesgever als je niet zeker bent.
Bij terugkomst op wandeling stappen we af in binnenpiste, buitenpiste of op het binnenplein. Bovenstaande rechtlijnen zijn van toepassing bij het afstappen in een piste. Hou bij afstappen op het binnenplein wel steeds voldoende afstand met anderen tijdens het afstappen.
Heb je een zweepje van de manege geleend, geef dit dan terug aan de lesgever vooraleer je de piste verlaat.
Na de les of wandeling mag je 1 klein snoepje geven aan je paard: ofwel dat je krijgt van de lesgever ofwel een eigen snoepje.
• Enkel volgende eigen snoepjes zijn toegestaan: halve wortel, klokhuis van een appel, halve harde oude boterham of een paardensnoepje.
• Het is verboden snoepjes te geven aan andere paarden of meer te geven dan wat toegestaan is.
• De lesgever brengt het snoepje tot bij jou. Laat het paard niet zelf het initiatief nemen om richting de snoepjesemmer te gaan en hou voldoende afstand van andere paarden.
• Als je het snoepje reeds in de piste aan je paard geeft, moet eerst de neusriem losgemaakt worden.
• Geef het snoepje met een platte hand zodat het paard niet per ongeluk in je vingers bijt.
Zonder zadel uitstappen is enkel toegestaan als de lesgever hiervoor permissie geeft. Dit vraagt meer tijd dus dan moet er eerder begonnen worden met uitstappen. De zadel wordt dan mogelijk even aan de kant gelegd, maar ook dan moet er natuurlijk voor gezorgd worden dat alle nodige taken uitgevoerd worden.
• Blijf stappen tijdens het uitstap-moment (dus niet gewoon stilstaan) zodat de spieren van de paarden niet verzuren.
• Hou voldoende afstand met andere paarden, ook bij het afwenden op de middellijn.
Vervolgens stap je links van je paard af.
• Doe de 2 voeten eerst uit de stijgbeugels alvorens je rechterbeen over het paard te zwaaien.
• Je paard niet loslaten bij het afstappen.
• Stijgbeugels omhoog trekken.
• Singel een gaatje losser maken.
• Hebben de paarden eten in hun stal, doe dan neus- en keelriem al los in de piste. Vraag je lesgever als je niet zeker bent.
Bij terugkomst op wandeling stappen we af in binnenpiste, buitenpiste of op het binnenplein. Bovenstaande rechtlijnen zijn van toepassing bij het afstappen in een piste. Hou bij afstappen op het binnenplein wel steeds voldoende afstand met anderen tijdens het afstappen.
Heb je een zweepje van de manege geleend, geef dit dan terug aan de lesgever vooraleer je de piste verlaat.
Na de les of wandeling mag je 1 klein snoepje geven aan je paard: ofwel dat je krijgt van de lesgever ofwel een eigen snoepje.
• Enkel volgende eigen snoepjes zijn toegestaan: halve wortel, klokhuis van een appel, halve harde oude boterham of een paardensnoepje.
• Het is verboden snoepjes te geven aan andere paarden of meer te geven dan wat toegestaan is.
• De lesgever brengt het snoepje tot bij jou. Laat het paard niet zelf het initiatief nemen om richting de snoepjesemmer te gaan en hou voldoende afstand van andere paarden.
• Als je het snoepje reeds in de piste aan je paard geeft, moet eerst de neusriem losgemaakt worden.
• Geef het snoepje met een platte hand zodat het paard niet per ongeluk in je vingers bijt.
Zonder zadel uitstappen is enkel toegestaan als de lesgever hiervoor permissie geeft. Dit vraagt meer tijd dus dan moet er eerder begonnen worden met uitstappen. De zadel wordt dan mogelijk even aan de kant gelegd, maar ook dan moet er natuurlijk voor gezorgd worden dat alle nodige taken uitgevoerd worden.