Tijdens de les

Enkele belangrijke richtlijnen om de veiligheid te garanderen van de ruiters in de les:

• Ouders mogen aan de kant blijven kijken naar de les, maar aan de kant is het rustig en stil.
• Kleine kinderen zijn niet toegelaten aan de zijkant van de piste, dit voor hun eigen veiligheid en die van de ruiters.
• Honden zijn eveneens verboden in en rond de piste.
• Het is ten strengste verboden de piste te betreden zonder uitdrukkelijke toestemming van de lesgever. Ook niet wanneer een ruiter gevallen is of wanneer een paard op hol slaat.

Vergeet niet dat het verboden is te roken in de stalgangen en aan de pistes (binnenpiste en buitenpiste).

De ruiters zelf kunnen tijdens het rijden ook opletten dat ze voldoende afstand van elkaar houden. Zo wordt vermeden dat paarden naar mekaar uithalen terwijl de les bezig is. Belangrijk is dat je als ruiter gedurende de volledige les geconcentreerd bezig bent met de les en het paard.

• Zo voel je beter aan wat je paard zodadelijk zal doen en kan je tijdig ingrijpen zodat de les niet verstoord wordt en er geen chaotische situaties ontstaan.
• Zo verlies je minder makkelijk je evenwicht als je paard een misstap zet.
• Zo hoor je tijdig de instructies van de lesgever en kan je deze opvolgen.
• Zo bots je niet tegen andere ruiters/paarden.
• Zo kan je van de groep wegrijden indien nodig. Stilstaan "op een hoopje" met de paarden dicht bij elkaar is erg gevaarlijk.
• En zo leer je in het algemeen natuurlijk veel meer bij.

Heeft de ruiter duidelijke problemen met deze concentratie, kan de lesgever beslissen de ruiter te weigeren in de les. Dit voor de veiligheid van de ruiter zelf en de andere ruiters en voor het vlot verloop van de les voor de andere ruiters.

Rij je met eigen paard, is het verboden deel te nemen met een paard dat op consistente wijze de veiligheid van de andere ruiters in het gedrang brengt.

Is het manegepaard waar je mee rijdt geblesseerd, kan de lesgever beslissen dat je het paard op stal moet zetten en je een ander paard toewijzen. Volg de instructies van de lesgever om de taken voor de les op een snellere manier te kunnen doorvoeren. De manege geeft geen financiële compensatie voor de verloren lestijd.

Rij je met eigen paard en is je paard geblesseerd, kan de lesgever beslissen de les voor je stop te zetten. De manege geeft ook hier geen financiële compensatie en de les moet gewoon worden vergoed in de kantine.

Tijdens de wandeling

Volgende richtlijnen worden op wandeling gehanteerd met het oog op de veiligheid van alle ruiters:

• Volg steeds de instructies van de begeleider.
• Geef instructies van de begeleider door naar de achtersten van de groep, zodat ook zij tijdig geïnformeerd zijn. Doe dit enkel als je hiertoe zelf op comfortabele wijze voor in de gelegenheid bent. Het heeft geen zin je eigen veiligheid in het gedrang te brengen.
• We blijven altijd achter elkaar, tenzij op aangeven van de begeleider. Het is mogelijk dat de begeleider jullie toelaat in stap per 2 naast elkaar te rijden.
• Iedereen rijdt achter de begeleider.
• Hou voldoende afstand van je voorganger. Dat houdt ook in dat je tijdig begint te remmen als van galop naar draf gaat en van draf naar stap.
• Blijf echter wel bij de groep en laat geen grote gaten vallen.
• Bij het oversteken van een straat sluiten we nauw achter elkaar aan en laten we zeker geen gaten. We steken altijd over als 1 groep.
• De achterste ruiter blijft gedurende de ganse wandeling achteraan rijden. Zo weet de begeleider of heel de groep mee is.
• We steken elkaar nooit voorbij zonder expliciete toestemming van de begeleider. In draf of galop is het sowieso verboden mekaar voorbij te steken en blijven we steeds achter elkaar.
• Tijdens de wandeltocht mag gepraat worden, maar de ruiters moeten hun aandacht blijven houden op hun paard en de instructies van de begeleider.
• Ga niet zomaar roepen tijdens de wandeling (bv. kreet van plezier tijdens het galopperen), want dit kan vooraan door de begeleider anders gepercipieerd worden.
• Volg steeds de afgesproken signalen (zie hieronder) als er zich een gebeurtenis voordoet.
• Geef deze signalen door van achter naar voor zodat deze de begeleider tijdig bereiken.
• Tijdens de wandeltocht dienen in principe de verkeersregels gehanteerd te worden, maar de richtlijnen van de begeleider hebben hier voorrang op (met het oog op de veiligheid kan hij/zij andere beslissingen maken). Samenvatting van de verkeersregels vind je op volgende website, gemaakt door VLP: http://www.veiligpaardrijden.be/maanden/september_weg.htm.

Enkele verbale signalen die gegeven dienen te worden door de deelnemende ruiters op een specifieke wijze:

"Stop": Geef dit signaal door als de groep onmiddellijk tot stilstand moet komen, bv. bij val van een ruiter. Dit signaal mag enkel gegeven worden als het ernstig is, want het houdt ook risico’s in (paarden kunnen tegen elkaar botsen).
"Ijzer kwijt": Zie je dat een ijzer wegvliegt bij een paard, geef dit dan door. De groep moet stoppen om het ijzer te recupereren.

Verbale signalen die de begeleider kan geven naar de groep toe:

"Achter elkaar": Voeg achter elkaar in (niet meer per 2 naast elkaar rijden).
"Draf": We gaan zodadelijk samen over in draf. Of we gaan van galop terug naar draf. In dat geval begin je tijdig met remmen.
"Galop": We gaan zodadelijk samen over in galop.
"Stap": We gaan zodadelijk samen terug naar stap.
"Opgelet: …": Bijvoorbeeld als je je moet bukken voor een tak of als je moet opletten dat je je knie niet stoot.

Als het de begeleider lukt (i.v.m. controlebehoud over het begeleiderspaard):

• 1. Hand horizontaal uitsteken: We gaan vertragen.
• 2. Hand in de lucht: We maken de overgang, b.v. van galop naar draf.
• Vinger uitsteken naar links of rechts: Er volgt een bocht naar links of rechts.
• Geef signalen van de begeleider door naar de ruiters achter je, tenzij dit het houden van controle over je eigen paard belemmert.

De begeleider kan de ruiter weigeren voor toekomstige wandelingen als de ruiter niet kundig genoeg blijkt of de regels niet naleeft. Dit voor de veiligheid van de ruiter zelf en de andere ruiters en voor het vlot verloop van de wandeling voor de andere ruiters.

Rij je met eigen paard, is het verboden deel te nemen met een paard dat op consistente wijze de veiligheid van de andere ruiters in het gedrang brengt.

Is er een paard in de wandelgroep geblesseerd, kan de begeleider beslissen sneller terug te keren naar de manege en/of de wandeling enkel nog in stap te vervolgen. Dit kan vooraf niet altijd voorzien worden en de manege geeft dan ook geen financiële compensatie voor verloren wandeltijd.