Onderstaande uitleg is vooral bedoeld voor ruiters die met manegepaard deelnemen.
Indien nodig en sowieso bij kinderen jonger dan 12 dient een volwassene of jongvolwassene te helpen met de taken na de les/wandeling.
Taken na de les of wandeling
1. Afzadelen
Normaal neem je eerst het zadel af. Zorg ervoor dat het paard niet op de teugels kan gaan staan. Heeft je paard echter eten in de voederbak, doe dan eerst het hoofdstel uit.
Leg het materiaal niet op de grond zodat het niet vuil wordt. Anders heeft de volgende ruiter veel extra werk om het schoon te maken.
Zadel en doeken afnemen
• Singel losmaken. Opletten dat de singel niet tegen de benen van het paard kletst.
• Singel achter de riempjes van het zadel halen en over het zadel leggen. Singelbontjes niet verwijderen.
• Stijgbeugels omhoogtrekken. In voorkomend geval de krul uit de stijgbeugelriem halen.
• Zadel van het paard afnemen. Let op dat je het zadel eerst omhoog opheft zodat het niet achter de schoft van het paard blijft hangen.
Verzorging
• Paard zo grondig mogelijk droog maken met droog stro of hooi. Eventueel kan dit ook met een oude handdoek als het paard erg nat is.
• Met een borstel nog eens over de plek van het zadel gaan zodat er achteraf geen afdruk van het zadel zichtbaar is.
Hoofdstel uitdoen
• Maak (enkel) neus- en keelriem los. De bakstukken zeker vast laten, deze zijn op maat gezet voor het paard.
• Teugels en kopstuk van het hoofdstel samen vasthouden en rustig over de oren van het paard brengen.
• Wachten tot het paard de mond opent en het bit niet tegen de tanden laten kletsen.
• Door het hoofdstel altijd op de juiste manier vast te houden kunnen de riempjes niet gedraaid geraken.
Draagt je paard getten, vergeet deze dan niet uit te doen bij je paard en terug aan de stal te hangen.
Leg het materiaal niet op de grond zodat het niet vuil wordt. Anders heeft de volgende ruiter veel extra werk om het schoon te maken.
Zadel en doeken afnemen
• Singel losmaken. Opletten dat de singel niet tegen de benen van het paard kletst.
• Singel achter de riempjes van het zadel halen en over het zadel leggen. Singelbontjes niet verwijderen.
• Stijgbeugels omhoogtrekken. In voorkomend geval de krul uit de stijgbeugelriem halen.
• Zadel van het paard afnemen. Let op dat je het zadel eerst omhoog opheft zodat het niet achter de schoft van het paard blijft hangen.
Verzorging
• Paard zo grondig mogelijk droog maken met droog stro of hooi. Eventueel kan dit ook met een oude handdoek als het paard erg nat is.
• Met een borstel nog eens over de plek van het zadel gaan zodat er achteraf geen afdruk van het zadel zichtbaar is.
Hoofdstel uitdoen
• Maak (enkel) neus- en keelriem los. De bakstukken zeker vast laten, deze zijn op maat gezet voor het paard.
• Teugels en kopstuk van het hoofdstel samen vasthouden en rustig over de oren van het paard brengen.
• Wachten tot het paard de mond opent en het bit niet tegen de tanden laten kletsen.
• Door het hoofdstel altijd op de juiste manier vast te houden kunnen de riempjes niet gedraaid geraken.
Draagt je paard getten, vergeet deze dan niet uit te doen bij je paard en terug aan de stal te hangen.
2. Materiaal wegleggen
• Zadel op de juiste manier op de staander hangen.
• Controleer nogmaals of stijgbeugels opgetrokken zijn en of de singel over het zadel ligt.
• Doeken ondersteboven te drogen leggen op het zadel, de natste doek bovenaan. Doe de moeite om ze netjes terug te leggen zodat ze niet bij de minste aanraking kunnen afvallen.
• Heeft je paard een singelbeschermer, blijft dit rond de singel hangen zodat het niet kan kwijtraken.
• Bit van het hoofdstel goed afwassen zodat er geen vuil meer op hangt. Let erop dat je de riempjes van het hoofdstel niet door elkaar haalt.
• Hoofdstel op de juiste manier aan het haakje hangen.
• Controleer nogmaals of het bit proper is en of de riempjes van het hoofdstel niet gedraaid zijn of door elkaar gehaald zijn. Dit is namelijk erg vervelend voor de volgende ruiter en als het niet ontdekt wordt door de volgende ruiter is het erg storend voor het paard.
• Hou doeken / ander materiaal altijd bij elkaar zodat het niet bij een ander paard kan terechtkomen.
• Heb je een helm of ander materiaal van de manege geleend, leg dit dan netjes terug op zijn plaats.
• Controleer nogmaals of stijgbeugels opgetrokken zijn en of de singel over het zadel ligt.
• Doeken ondersteboven te drogen leggen op het zadel, de natste doek bovenaan. Doe de moeite om ze netjes terug te leggen zodat ze niet bij de minste aanraking kunnen afvallen.
• Heeft je paard een singelbeschermer, blijft dit rond de singel hangen zodat het niet kan kwijtraken.
• Bit van het hoofdstel goed afwassen zodat er geen vuil meer op hangt. Let erop dat je de riempjes van het hoofdstel niet door elkaar haalt.
• Hoofdstel op de juiste manier aan het haakje hangen.
• Controleer nogmaals of het bit proper is en of de riempjes van het hoofdstel niet gedraaid zijn of door elkaar gehaald zijn. Dit is namelijk erg vervelend voor de volgende ruiter en als het niet ontdekt wordt door de volgende ruiter is het erg storend voor het paard.
• Hou doeken / ander materiaal altijd bij elkaar zodat het niet bij een ander paard kan terechtkomen.
• Heb je een helm of ander materiaal van de manege geleend, leg dit dan netjes terug op zijn plaats.
3. En verder ...
Zorg ervoor dat je de grendels van de stal goed dichtdoet: heeft de stal meerdere grendels doe je ook de onderste grendel dicht, heeft de sluiting een veiligheidsklepje zet dit dan tegen de grendel.
Kijk na of je paard voldoende proper water heeft om te drinken. Zo niet, signaleer dit bij de lesgever/begeleider of de verantwoordelijke van de manege.
Het paard afspuiten mag enkel met toestemming en onder toezicht van de lesgever/begeleider of de verantwoordelijk persoon. De paarden moeten nadien ook afgedroogd worden (zeker ook onderaan de benen en voeten).
Dekens
Een deken opleggen bij de manegepaarden mag voor het welzijn van de paarden enkel onder strikte voorwaarden.
Een winterdeken mag je enkel opleggen op specifieke vraag van de begeleider of de verantwoordelijke van de manege. Er is gevaar voor oververhitting van het paard.
Als de begeleider of de verantwoordelijke van de manege toestemming geeft, mag je op een paard dat bezweet is na de les een fleecedeken/zweetdeken leggen mits je de volgende richtlijnen hanteert:
• Dit mag enkel als het buiten koud is en als je het paard eerst grondig hebt drooggewreven, maar het paard toch nog nat is.
• Het is verplicht om het fleecedeken ong. 30 min. na het opleggen er weer af te halen.
• Dekens na gebruik terug netjes opplooien en terughangen op hun plaats.
• Let erop dat het deken dat je gebruikt niet te klein is voor het paard.
• Doe voor je eigen veiligheid je paard een halster aan bij het aandoen en uitdoen van het deken, en ga niet achter het paard staan.
Wie is verantwoordelijk en wat als ik iets verkeerd doe?
Ook bij de taken na de les/wandeling is de ruiter zelf verantwoordelijk. Zelfs als je hulp vraagt van iemand anders dien je dit mee op te volgen en te controleren of alles correct gedaan wordt. Wees ruiterwaardig en toon ook de nodige inzet voor de taken na de les/wandeling. Moe zijn of snel willen vertrekken is geen excuus. Ouders dienen dan ook hun kind de nodige tijd te voorzien na de les/wandeling zonder hen op te jagen om sneller te werken.
Dit wordt op regelmatige basis steekproefsgewijs gecontroleerd door de lesgever/begeleider of de verantwoordelijke van de manege. De consequenties die eraan verbonden zijn worden geval per geval beoordeeld. In principe kan de manege je weigeren in de les/wandeling als er nalatigheden zijn in de taken na de les/wandeling of als het reglement op een andere manier niet wordt nageleefd.
Kijk na of je paard voldoende proper water heeft om te drinken. Zo niet, signaleer dit bij de lesgever/begeleider of de verantwoordelijke van de manege.
Het paard afspuiten mag enkel met toestemming en onder toezicht van de lesgever/begeleider of de verantwoordelijk persoon. De paarden moeten nadien ook afgedroogd worden (zeker ook onderaan de benen en voeten).
Dekens
Een deken opleggen bij de manegepaarden mag voor het welzijn van de paarden enkel onder strikte voorwaarden.
Een winterdeken mag je enkel opleggen op specifieke vraag van de begeleider of de verantwoordelijke van de manege. Er is gevaar voor oververhitting van het paard.
Als de begeleider of de verantwoordelijke van de manege toestemming geeft, mag je op een paard dat bezweet is na de les een fleecedeken/zweetdeken leggen mits je de volgende richtlijnen hanteert:
• Dit mag enkel als het buiten koud is en als je het paard eerst grondig hebt drooggewreven, maar het paard toch nog nat is.
• Het is verplicht om het fleecedeken ong. 30 min. na het opleggen er weer af te halen.
• Dekens na gebruik terug netjes opplooien en terughangen op hun plaats.
• Let erop dat het deken dat je gebruikt niet te klein is voor het paard.
• Doe voor je eigen veiligheid je paard een halster aan bij het aandoen en uitdoen van het deken, en ga niet achter het paard staan.
Wie is verantwoordelijk en wat als ik iets verkeerd doe?
Ook bij de taken na de les/wandeling is de ruiter zelf verantwoordelijk. Zelfs als je hulp vraagt van iemand anders dien je dit mee op te volgen en te controleren of alles correct gedaan wordt. Wees ruiterwaardig en toon ook de nodige inzet voor de taken na de les/wandeling. Moe zijn of snel willen vertrekken is geen excuus. Ouders dienen dan ook hun kind de nodige tijd te voorzien na de les/wandeling zonder hen op te jagen om sneller te werken.
Dit wordt op regelmatige basis steekproefsgewijs gecontroleerd door de lesgever/begeleider of de verantwoordelijke van de manege. De consequenties die eraan verbonden zijn worden geval per geval beoordeeld. In principe kan de manege je weigeren in de les/wandeling als er nalatigheden zijn in de taken na de les/wandeling of als het reglement op een andere manier niet wordt nageleefd.